De Vogezen dat zijn die bergen die je ziet als je over de Duitse snelweg racet naar de Alpen. Tussen de wijnranken in de Rijnvlakte zie je aan de ene kant het Schwarzwald en aan de andere kant de Vogezen. Maar waarom zou je er eigenlijk alleen maar voorbij rijden? Het is een berggebied met heuvels hoger dan de Ardennen, zonder de drukte die je in de Alpen vaak tegenkomt. Wij maakten een tussenstop in de Vogezen en werden blij verrast door de vriendelijkheid en veelzijdigheid van dit middelgebergte.
Kamperen bij Plan Incliné
Bij Plan Incliné draaien we van de weg over een houten bruggetje de camping op. Zo’n echte Franse camping, met zwembad, broodjesservice en een hard stromend riviertje. Zo hard, dat we geen last van de weg hebben. Aan de andere kant van de camping ligt het Canal de la Marne au Rhin. Hier komen veel plezierboten langs. Die zijn op weg naar de bootlift een kilometer verderop. Een bootlift? Ja, echt. Er passen zelfs een paar boten tegelijk in. Het is een enorme betonnen constructie verstopt in het landschap. Een leuk avondommetje vanaf de camping.
Fietsen over een Voie Verte
Het kanaal vormt ook gelijk een mooie fietsroute. Dwars door de bergen van de Vogezen biedt het water een makkelijke route, langs de talloze sluisjes die het water bevaarbaar moet maken. De Voie Verte is een heerlijk rustig fietspad langs het water. Wij maken een kort tripje naar Lutzelbourg. Daar drinken we een biertje op een terras en halen we eten bij de frietkot die net open gaat. We zien maar een klein deel, want de route is meer dan 50 kilometer lang en loopt door tot Straatsburg. Voor wie zich niet aan het asfalt wil houden, zijn er ook nog veel mogelijkheden om te mountainbiken.
Wandelen naar een kerk bovenop een rots bij Dabo
Om vast een beetje warm te draaien voor de Alpentoppen, maken we een wandeling bij Dabo. Dit dorp is beroemd om het kerkje dat hoog boven het dorp uittorent. Het staat al op een berg en dan ook nog eens bovenop een rots. Van veraf is het een mooi gezicht, van dichtbij worden we niet meteen gegrepen: een grote parkeerplaats en een vervallen hotel staan vlak onder het kerkje. We parkeren onze auto in het dorp en pakken onze wandelschoenen voor het Circuit du Dieu Baldur. Een rondwandeling die start bij de kerk van Dabo.
Forest bathing tijdens het wandelen
Het eerste deel lopen we nog over een asfaltweggetje het dorp uit. We zweten en mopperen. Maar al snel duikt de wandeling het weldadige bos in. Over een klein paadje lopen we door de groene oase. We snuiven de bosgeur op en laten onze ogen wennen aan alle kleuren groen. Dit is een heerlijk begin van de vakantie en zorgt dat we alle stress van thuis achter ons kunnen laten. Na een klimmetje komen we op een uitzichtpunt. De hele Vogezen met groene bergen lijkt aan onze voeten te liggen. Dit bosbad doet ons goed.
Klimmen en klauteren
Maar de wandeling voert niet alleen maar door het bos. Onderweg liggen allerlei rotsen, die vragen om op te klauteren. We ontdekken grotten, klimmen door een schoorsteen en wringen ons door een gat. Dit is echt spelen voor groot en klein. Hoog boven ons zien we af en toe wat blinken. Er hangen hier haken in de muur. Het is een écht klimgebied. Even later horen we van gerinkel en gekletter. In een grote overhang probeert een klimmer door een moeilijke passage te komen…en valt met een diepe zucht naar beneden. Hij bungelt boven ons en groet ons. Wij lopen verder en komen uiteindelijk weer uit in Dabo.
Na onze tussenstop rijden we door naar de echte bergen in de Alpen. Maar we komen zeker nog een keer terug naar de Vogezen, om meer te ontdekken.
Over Joanne
Joanne is dol op de bergen. Als er pieken opduiken aan de horizon krijgt ze al bijna tranen in haar ogen. Misschien is het de frisse berglucht, misschien de ruige toppen, misschien zelfs het afzien of de rust die Joanne krijgt in haar hoofd. Ze gaat zo vaak mogelijk op pad: wandelen, fietsen, klimmen, zwemmen of kanoën. Lekker buiten spelen.